Tag: uit de oude doos

Excursie naar de melkfabriek

Tijd voor een verhaal uit de oude doos. Hoe maakt een baby zijn eerste dagen door? Toen mijn jongste dochter een paar jaar geleden was geboren hield ik een nachtboekje bij. Als je je afvraagt waarom een nachtboekje? Dan ben je vast zelf nog geen ouder, maar laat je door mij niet ontmoedigen. Ik kwam in ieder geval het nachtboekje onlangs weer tegen en wilde je meenemen naar mijn observatie. Korte inleiding, dit is nacht vijf en we gaan voor het eerst doorslapen! Deze beschrijving is dus door de ogen van mijn dochter en gebaseerd op een volledig waargebeurd verhaal.

Vanavond mocht ik van mijn papa en mama op excursie! Niet naar één, maar naar twee melkfabrieken! Het was een lange reis ernaar toe, maar de busmaatschappij Wieg&Co heeft mij er naartoe gebracht. Het was al zo’n vier uur voordat ik voor het laatst gegeten had en in de bus kregen we niets?! Dus ik begon toch wel een beetje te soppen en te smakken, maar het was het Dubbel en Dwars waard! Daar in de verte in het donker zag ik de melkfabrieken al liggen. Ze lagen aan beide kanten van de Stuwingstraat! Twee stuks, hoog boven de horizon uit stekend. Wieg&Co parkeerde voor de melkfabrieken en ik vroeg me af welke fabriek ik als eerste zou bezoeken. Links lag de P.A. Mela fabriek en rechts de A.N.D. Erson fabriek. Ik besloot voor de P.A. Mela te gaan.

Aangekomen bij de deur hing er een routebeschrijving die ik volgde. Als eerste door de Aanleg via de HapSnap kantine door naar de Zuigreflex om zo via de Toeschiettunnel aan te komen in de Melkfabriek. Vanaf daar was het een al ontspanning, rust en genieten geblazen. Heerlijk zittend en genietend van de warmte die van de wanden leek af te komen heb ik daar gelegen tot mijn buik er vol van was! Er was wat tijd verstreken dus ik vervolgde snel mijn route. Via het Ontkoppelstation was het een klein stukje rechtdoor om vervolgens bij de uitgang aan te komen. Daar sprak ik nog even een grote Boer aan. Na een kort gesprek klopten we elkaar op de rug en stond ik buiten.

Ik liep over de Aankleedlaan en de Nieuwe Luierstraat naar de andere fabriek. Tijdens de oversteek zag ik nog een zwerm Billendoekjes voorbijvliegen. Wat een mooi gezicht was dat, ik voelde me weer helemaal fris en herboren.

Nu stond ik voor de ingang van de A.N.D. Erson fabriek en besloot ook daar maar naar binnen te gaan. De fabriek leek identiek en via dezelfde routebeschrijving als bij de P.A. Mela fabriek kwam ik uit in het wal-hal-la. Een groot bord boven de deur waarop stond “Toetjes buffet”. Ook hier kon ik aangenaam ontspannend gaan liggen en genieten van alles wat bij me binnen kwam. Nadat ik er genoeg van had liep ik weer naar de uitgang en zocht ik de bus van Wieg & Co. Toen ik bij de bus stond heb ik me nog een keer omgedraaid waar ik nog een paar mooie foto’s van de melkfabrieken heb genomen. Ik had het idee dat dit wel eens een bijzondere mooie verschijning kon zijn om vast te leggen. Het leek wel of dat beide fabrieken iets kleiner waren toen we aankwamen, maar dat kan ook gezichtsbedrog zijn geweest!

De chauffeur wist me te vertellen dat de Stuwingstraat binnen enkele dagen zou worden gesloten en er een groot gedeelte van de fabriek afgebroken zou worden. De fabrieken zouden nog wel even blijven bestaan maar het zou allemaal met de loop der jaren steeds minder worden. Ik heb snel nog een jaar abonnement afgesloten en veel bezoeken gebracht. 

Verkeer(de) keuze

Ik moest laatst voor een aantal afspraken kort achter elkaar in Utrecht zijn. Nu zou ik hier op mijn (reeds omgebouwd naar elektrische) fiets kunnen gaan maar zo sportief ben ik ook weer niet. Het openbaar vervoer zou ook een optie zijn, maar dan is het altijd weerafhankelijk of je het binnen een dag of twee redt om weer thuis te komen. Lente=overstekende koeien=minder treinen. Zomer=te heet voor het spoor=minder treinen. Herfst=blaadjes op de rails=minder treinen, Winter=Sneeuw=En ja, je raadt het al. Dat betekent minder treinen.

Dus ik besloot om met de auto te gaan. Je kunt (net als ik) je soms verbazen over de meest uitzonderlijke gecreëerde verkeerssituaties in ons pittoreske dorpje. Ik zal ze niet allemaal noemen (doe het toch), maar we kennen de bijzondere

hals-brekend-over-de-kop-fiets-oversteek-plaats-op-de-dam, de wie-o-wie-heeft-waar-wanneer-voorrang-kruispunt op de van Eesterensingel/Plantageweg of de eerst-moest-hij-weg-en-nu-is-hij-weer-terug-van-weg-geweest-zebrapad bij het Wilgenplein. Maar dit valt allemaal volledig in het niet met wat ik aantrof in Utrecht.

Wij hebben maar één exemplaar van hem staan maar ik vermoed dat de uitvinder (mijnheer S. Toplicht) geboren is in die stad. Echt op elke hoek van de straat wordt hij vereerd. Maar ook gerust ergens halverwege een straat zonder kruispunt kan je zomaar een paal van deze uitvinder tegenkomen. En de werking in Utrecht is ook erg fijn, daar gaat alles tegelijk op groen voor al het wegverkeer. Leuk als je afslaat en de scootmobiel rechts van je heeft blijkbaar voorrang. Mijn remmen zijn nog nooit zo heet geweest.

Als je dan richting de uitgang van de stad komt, waar geen einde aan lijkt te komen, vind je die stoplichten nog steeds. En alhoewel er aan het begin van de weg duidelijk staat aangegeven dat je terecht komt in een groene golf zijn de stoplichten daar blijkbaar niet van op de hoogte. Het enige wat in de buurt kwam van die kleur was mijn ergernis. Want ik ergerde me groen en geel aan die rode stoplichten.

Ook het wegennet is ongeveer net zo logisch als opgeborgen oplaad- of koptelefoonsnoertjes. En dan vooral als je ze weer tevoorschijn haalt. Een grote kluwen en knopen waar je niets van snapt. Ging je op de heenweg nog gewoon rechtdoor en denk je dat het een tweebaansweg weg is, op de terugweg kan je zomaar de halve stad doorgestuurd worden om dan via een achterlangs weggetje weer bij hetzelfde punt uit te komen waarna je je weg moet volgen over een of ander zijpad wat weer geschikt is voor fietsers, voetgangers én scootmobielen terwijl er in het midden van de weg ineens een vierbaans weg voor het openbaar vervoer is verschenen?

En zoals het een beetje stad beaamt moeten er uiteraard wegwerkzaamheden plaatsvinden. Na mijn afspraak reed ik mijn parkeergarage uit (gratis parkeren in ons dorp, geloof me, wees er blij mee). Uiteraard is zo’n parkeergarage niet gelegen aan een drukke straat maar ergens achter in een of ander smoezelig netwerk van kleine straatjes. Zodra ik eruit reed zag ik dat er werkzaamheden plaats vonden en werd ik door de bekende gele bordjes de goede weg op gewezen. Blijkbaar had de betreffende ambtenaar een lollige dag, want serieus, ik zag vier keer een geel bordje wat me naar rechts wees. En ja, precies. Dat is een rondje. Kortom, ik kon de stad eigenlijk niet meer verlaten. Uiteindelijk ben ik daar maar een stuk over het fietspad gereden om die stad uit te komen. Nee, de logica van enkele verkeerssituaties in ons dorp zijn soms ver te zoeken maar in vergelijking met Utrecht hebben wij het heel goed.

Pakken wat je pakken kan

Wellicht is het u bekend dat er een verschil is tussen mannen en vrouwen. Dit betreft meerdere (je zou kunnen ook kunnen zeggen alle, maar dat is niet netjes want zowel mannen als vrouwen lezen deze column) onderdelen in het dagelijks leven. Een onderdeel wil ik vandaag gewoon eens benoemen. En dat is kleding. Op alle vlakken verschillen daar volgens mij de meningen wel over. En dan ga ik het niet hebben over het wassen en de strijk. Een verkeerde opmerking en ik heb de helft van mijn lezers op mijn dak.

Ik durf echt wel te zeggen dat ik zo nu en dan (keer of drie per jaar) toch echt wel iets in de wasmachine prop en als ik de vierde keer geen zin heb dan gaat er gewoon per ongeluk een rode onderbroek bij de witte was. Nou, dan hoef ik het eerst komende kwartaal niet in de buurt te komen van de was. Maar daar wilde ik het niet over hebben.

Ook niet over de hoeveelheid kleding. Zo zie ik vrouwen bijvoorbeeld zelfs het liefst in zo min mogelijk kleding (een uitzondering daar gelaten), maar hebben vrouwen daar en tegen juist héél véél kleding. Wat ze er mee doen, behalve kastplanken versieren, weet ik nog niet. Maar waag het niet om het onderwerp een keer op tafel te leggen.

Ik wil het ook niet hebben over het kopen van kleding. Tuurlijk kan je een man een plezier doen om hem mee naar de stad te nemen, winkel in, kleding passen, alles terughangen, andere winkel in, zelfde riedel, dat 15 keer en uiteindelijk het t-shirtje uit de eerste winkel gaan halen. Nee, je maakt mij niet gelukkiger om zo mijn zaterdag in te vullen!

Nee, ik wil het hebben over de momenten wanneer je als man specifieke kleding nodig hebt en wanneer je dat onderwerp aan snijdt.

Laatst had ik dus op een zaterdag mijn pak nodig. Ik denk dan tegen de tijd dat het donderdag wordt, laten we eens gaan vragen hoe het met mijn pak gesteld is. Op dat moment gaan alle toeters, bellen en rode flitslampen in dit huis aan (ik ben me nog steeds van geen kwaad bewust). Dan krijg je dus verwijtende blikken ‘Ja, dat is dan lekker vlot’ of ‘dat ding moet nog naar de stomerij’ of ‘ik weet niet waar hij hangt’ (vrouwen zijn heel goed om met hun ogen te spreken). Wij mannen, of in ieder geval ikzelf ben gewoon van mening als je kleding netjes in de kast gooit, je deze er ook netjes uit kan halen. Maar daar verschillen de meningen hier in huis gigantisch over.

Maar het kwam er dus om de een of andere manier op uit dat mijn pak niet meer compleet was. Ik weet niet of u bekend bent met het sokken mysterie. Zeer waarschijnlijk wel. Je stopt zes zwarte sokken in de was en je eindigt met vijf. Niemand kan dit verklaren maar er moet ergens een berg eenzame sokken op de wereld rondzwerven. Sinds kort zwerft daar blijkbaar ook een pantalon bij. Want mijn gestoomde pak bleek nu alleen nog maar uit een jasje en stropdas te bestaan. Ik heb mijn lades overhoop gehaald, geen pantalon. En ja, dan krijg je dus nieuwe verwijtende blikken van je vrouw waarin staat ‘dan moet je maar niet twee dagen van te voren kijken of je pak klaar is’. Ik geef dan een blik terug van ‘als ik een pak ophang en deze vier jaar later weer te voorschijn haal moet deze nog compleet zijn’. En dan volgt er weer een blik ‘Nou, blijkbaar niet hé’. Nou, een heleboel blikken later had ik toch wel een ietsiepietsie kleine uitdaging want ik had geen pak.

Nu verdenk ik mijn vrouw dat ze mijn pantalon verstopt heeft, want ze was maar wat enthousiast om mij mee te nemen naar de lokale pakken winkel. Ze ziet me maar wat graag in een pak. Dus ik heb nu ineens twee pakken, en let maar op. Volgende week komt er ineens ‘zomaar ergens’ vandaan een pantalon naar voren. Hopelijk ook met een stapel sokken.

Waar rook is… is iets stuk

Zonder het te weten had ik blijkbaar wat extra features op mijn tv. Had ja. Want hoewel het 3D effect realistisch was (vuurwerk kon ik letterlijk aanraken) zat er blijkbaar ook een geurmodule in (die typische verbrande elektronica geur deed verspreiden). Nee, ik ben er nu zeker van dat alle elektrische apparaten op rook werken. Zodra de rook eruit was deed hij het echt niet meer. Kortom, mijn tv vond het hoognodig tijd om er tussenuit te stappen. Beetje jammer dat dit net gebeurde nadat hij uit de garantie was. Dat gaat een hele leuke discussie worden tussen mij en de tv verkoper. En mocht de tv verkoper besluiten om lastig te doen, dan gaat u daar in de volgende editie van mee genieten.

Vond ik het vervelend dat de tv ermee stopte. Eerlijk gezegd kan ik het wel begrijpen. 

Echt ik deel zijn frustraties ook dat boeren heel slecht zijn in het vinden van vrouwen. Of dat heel Nederland voor de vierhonderd-vijf-en-tachtigste-keer op zoek is naar een talent en dat zelfs uitgerangeerde artiesten mee gaan doen om hun carrière uit het slop te halen. Om nog maar niet beginnen over het echte monster van Hilversum, Patty Brard (de vorige twee woorden zijn door iemand anders getypt omdat ik het niet uit kan spreken of opschrijven….blegh). Echt, voer alsjeblieft het kijk en luistergeld in om haar van de buis af te krijgen!

Maar bovenstaande programma’s worden hier niet opgezet. Geloof me, zodra Patty per ongeluk tijdens het zappen voorbij komt, duiken er drie vrouwen bovenop me om te voorkomen dat ik de afstandsbediening door het beeldscherm heen jaag. Eng raar mens. Ze moeten er een aparte kijkwijzer voor invoeren om te waarschuwen wanneer dat mormel op de beeldbuis wordt getoond.

Nee, dat de tv kapot is, daar kan ik wel mee leven. Maar hoe leg je dat de rest van het gezin uit. Hun wereld stort in, alles staat stil, dit worden therapeutische sessies, verveling alom. Dit gaat niet meer goed komen. Dus voorgenomen om de volgende dag maar wat later naar mijn werk te gaan om het voorzichtig tijdens het ontbijt te vermelden. En wat denk je…?…tranen met tuiten, geschreeuw, frustratie, theekopjes vliegen door de woonkamer, gestamp op de grond, vorken die in de eetkamertafel werden geboord, tissues niet aan te slepen. Van die natte vragende oogjes met trillende lipjes. “Pap, je kan hem toch wel weer repareren”, en “Pap, we hebben al het vertrouwen in jouw geweldige kennis en vaardigheden”, “Jij bent echt de meest geweldige papa, pap. Als je hem maakt krijg je van mij een Playstation 4 voor vaderdag”.


Nee, helemaal niets van dit alles?! De reacties tussen het gesmak door van de oudste ‘Oh, ik pak de laptop wel’, gevolgd door de jongste (3 jaar), ‘Ik neem de tebelet’.

Nou, daar zit je dan. Ik hoop maar dat de tv verkoper besluit om niet op mijn eisen in te gaan om hem kosteloos te repareren zodat ik mijn testosteron kan laten gelden en bewijzen dat ik nog wat toegevoegde waarde heb. 

Aan de andere kant, zolang de tv het niet doet hoef ik ook niet bang te zijn dat ik Patty nog voorbij zie komen. Gruwel.

Ik laat het maar even zo.

Feiten en fabels over fietsen

Sinds enkele maanden ga ik wel eens met de fiets naar het werk. Als je dat op een verjaardag noemt, dan krijg je al snel het argument te horen: ‘dat doe ik niet hoor, het regent veeeelste vaak’. Nou, dat kan ik dus even ontkrachten. Zo vaak regent het niet. En ik kan het weten, want ik ben in principe een mooi weer fietser. Dus als het regent ga ik met de auto. Nee, wil je echt een excuus om niet met de fiets te hoeven dan zijn daar veel betere argumenten voor.

Kijk, ik mag dan ongeveer het lichaam van Christiano Ronaldo hebben (gelukkig niet zijn karakter, helaas ook niet zijn salaris), ik heb zo ongeveer de conditie van een lekke voetbal. Dus mocht je erop verheugen dat je mij een keer in een strak door EPO gesponsorde wielren outfit ziet fietsen moet ik je helaas teleurstellen. Ik heb een gewone stadsfiets met 24 versnellingen waar ik geen bal van snap. Zo sta ik altijd in de zwaarste versnelling voor een verkeerslicht. Als je ooit iemand ziet zwoegen om weg te komen met een gemiddelde snelheid van 0 tot 12 km/h in zestig seconden dan heb je me waarschijnlijk gespot.

Ja, wat maak je dan allemaal mee waarom je niet op de fiets zou gaan. Het begint als je hier het dorp uit fiets. Er sjijnnnn ssoommmiiggee weeggeeenn nnooggaalll errgg hohohobbeellig…. bijbijbijbvvoorrbbeeelllddd dde stoestoestoepteegegeles aaannn dededede hhellelliinggg isss hieiehier eneneneen ggggooeoeedd vvvoorbbbbeeld vannnn…. Heb je die overleefd dan zou het zomaar kunnen dat je langs een groepje schoolgaande kinderen moet. En met groepje bedoel ik 1800 man rond, over, tussen, onder en boven een fietspad. Dus wil je dit voorkomen, dan moet je zorgen dat je voor 7 uur op kantoor bent, maar dan moet je dus best even op tijd je bed uit.

Wat ook frustrerend kan zijn is dat je lekker aan het zwoegen bent en denkt dat je behoorlijk goed bezig bent. Beetje zweet op je voorhoofd van de inspanning en toch het idee dat je iets aan conditie aan het opbouwen bent, wordt je gepasseerd door een breiende senior op zo’n elektrisch aangedreven ding. Die dan heel nonchalant even op je neerkijkt met een blik van “wat ben jij je verschrikkelijk aan het uitsloven”. En dan al breiend doorfietst. Daar kan je bloeddruk nog wel wat van stijgen.

Vooral in het voorjaar loop je ook nogal wat risico. Namelijk hitsige eenden. Terwijl jij met een lekker gangetje van 13 km/h over dat fietspad sjeest komt er ineens zo’n strompelende vrouwtjes eend over het fietspad gewaggeld met drie van die geile donders erachter aan. En geloof me, het maakt niet uit aan welke kant je ze passeert. Er vliegt er altijd wel een tussen je spaken. Kan je toch een aardig salto’tje mee maken.

Maar het grootste gevaar zit hem toch wel in die insecten die je onderweg tegenkomt. Je weet wel, je moet net even geeuwen (want je wilt voor 7 uur op kantoor zijn) gaat zo’n beest je huig als airbag uit proberen. Nou, die van mij klapt dan gelijk open, uiteraard kort nadat ik de boosdoener eerst ff heb doorgeslikt. Dus hoestend en blaffend en lichtelijk naar zuurstof happend probeer je door te fietsen alsof er niets aan de hand is, stel je voor dat je nog een keer door een senior wordt ingehaald.

Nee, was de regen maar de reden dat ik niet hoefde te fietsen.

(S)kattig

Stel je voor, je hebt personeel dat altijd de deur voor je open houdt als je naar binnen of buiten wilt. Je mag gaan en staan waar je maar wilt. Thuiskomen wanneer je zin hebt. Geen enkele verantwoording afleggen aan wie dan ook. Elke dag vers eten voor je geserveerd. En zelfs als je 20 uur per dag zou slapen is er niemand die er iets aan kan doen? Dan heb je het toch goed voor elkaar lijkt me? Heb jij zo’n baas? Ik wel namelijk, twee stuks in totaal. Ze zijn allebei rijkelijk behaard en hebben een staart. Wat is dat toch met katten? Ze kunnen alles doen en ze blijven leuk. Of je hebt er een bloedhekel aan, dat kan uiteraard maar dat is volgens mij pure jaloezie.

Maar waarom zijn katten eigenlijk leuk? Nou, dat begint uiteraard al in het nest. Van die lieve kleine schattige haar bolletjes met die piepmauwtjes. Leuk met elkaar spelen of achter een bolletje wol aan. Als ze wat groter worden klimmen ze tegen je broek op, proberen ze op de te hoge bank te springen en spinnen als een v8 motor als je een bakje kattenmelk voor je neerzet. Zwijmelzwijmel, agh, wat lief, kijk nou wat schattig, ik wil er ook één! En tuurlijk, ze worden na verloop van tijd wat groter. Bij ons uiteraard weer HEEL groot. Dan denk je uiteraard, dat zal wel mee vallen. Maar nee, als onze kater buiten van de schutting springt dan verzakt het terras op de plek van zijn landing. En zijn staart kan hij ongeveer drie keer om hem heen krullen. Nee, serieus. Als hij naar binnen wil en ik moet de deur voor mijnheer open houden dan staat hij al aan de andere kant van de keuken zijn etensbakje leeg te smikkelen en dan moet zijn staart nog binnen komen.

Of er ook mindere kanten zijn aan katten? Nou niet heel veel. Een paar misschien. Er gebeurt soms wel eens iets dat je denkt van nou, moet dat nou… maar echt heel vaak komt dat niet voor. Althans meestal niet vaker dan één, twee, drie of zeven keer in de week. En echt hele vervelende dingen zijn het over het algemeen regelmatig. Waar je dan zowel aan moet denken? 

Ik noemde net al dat voorbeeld van dat schattige kittentje dat langs je broekspijp omhoog kruipt. Dat is leuk totdat ze 19 kilogram wegen en ze de houvast niet uit je broekspijp halen maar er doorheen gaan. Mijn bovenbeen is soms net een perforator. Ook een toppertje is ‘s ochtends vroeg door de kamer lopen en dan ineens denken wat voor vochtige substantie er toch door je sok heen komt! Of drie uur ‘s nachts wakker worden omdat twee katers precies onder je dakraam gezellig aan het keuvelen zijn wie toch de sterkste van de buurt is. Ook altijd fijn dat ze altijd de remproef van je fiets uitproberen als je met je fiets het pad afkomt.

Wat ook attent is als ze thuiskomen om te laten zien wat ze gevangen hebben. Nu hoeven we hier geen vogel telling meer te houden, het antwoord op elk exemplaar is toch 0. Maar die keer dat je ‘s ochtends beneden komt en er als cadeautje een rat bij de etenstafel ligt ga je toch heel hard twijfelen of een kater zo leuk is.

Aan de andere kant. Tegen de tijd dat de sloot weer vol staat met kroos is het afwachten totdat die groene kater voor de deur staat met een heel beteuterd en beschaamd gezicht. Geloof me, ga dan niet lachen want ze pakken je terug. Maar die kop als ik hem onder de douche zet en die straal op zijn harige lijf zet. Die is echt onbetaalbaar en laat je alle bovenstaande dingen vergeten als sneeuw voor de zon! Behalve die rat, daar wordt ik ‘s nachts nog wel eens wakker van!

GRRRRRRRRRRRond

Mei 2015 – Wat ik aan het doen ben? Nou ik ben een lekker appeltje aan het schillen!

Ik hoor het u al denken; ‘Agh, wat lief. Hij denkt aan zijn gezondheid. Wat een verstandige en zeer wijze man’.Nee, helaas. Het is niet voor mijzelf.

Ik hoor het u al denken; ‘Agh, wat lief. Hij zorgt goed voor zijn kinderen. Wat een lieve woest aantrekkelijke en attente vader’. Nee, helaas. Het is ook niet voor mijn kinderen (niet dat ik niet lief voor ze ben of dat ze geen fruit eten).

Zijn hamsters intelligent?

Januari 2015 – Mijn oudste dochter heeft een hamster. Een leuk spierwit kereltje met de naam Droppie. Droppie heeft alles wat zijn hamsterhartje zich kan wensen. Een erg uit de kluiten gewassen hok met een voerbak die nog groter is dan hem zelf, een twijgjesbal, een loopbrug, een sanitaire voorziening, een blokhut om een nestje in te maken, een tweede woning aan het plafond en uiteraard een looprad. En bovenal, hij staat op de slaapkamer dus ik heb er geen last van. Dochterlief zorgt ook erg goed voor hem, maakt hem zelf schoon, geeft hem netjes elke dag eten, kroelt met hem. Kortom, alleen maar blijdschap in Huize Veen.

Besparen of belasten?

Maart 2015 Iedere woningeigenaar in Alblasserdam moet hem inmiddels ontvangen hebben. Het voorlopige energielabel voor woningen. Het energielabel geeft met de klassen A (groen, zeer zuinig) tot en met G (rood, zeer onzuinig) aan hoe energiezuinig een huis is in vergelijking met soortgelijke huizen. Blijkbaar hebben ze voor mijn woning geen soortgelijke woningen gevonden, want uiteraard had ik weer energielabel H (purperrood, super zeer onzuinig). Nu is het label gelukkig net zo betrouwbaar als de WOZ-waarde van je woning. Namelijk niet. Maar probeer dat maar eens aan een ambtenaar uit te leggen.

Pagina 2 van 2

Hoogstaande technische vernuftige website gebouwd door Edgar & Vormgeving en illustraties door Melody