Raar is dat hè? Als het winter wordt ga je klagen dat het zo koud is, je de auto ruiten moet krabben (of in mijn geval via de achterklep je auto in kruipen omdat de deuren niet meer open willen) en je wordt gek van de sneeuw (en vooral de files die dat oplevert). Maar als de winter uitblijft is het blijkbaar ook niet goed. Nu heb ik zelf helemaal niets tegen de winter, zolang er maar geen sneeuw valt en ik mijn autodeuren normaal kan openen. Dus als de winter uitblijft dan wordt het tijd om hem op te zoeken. Nou, dat hoef je maar één keer te zeggen in Huize Veen en iedereen stond in gedachte blijkbaar al klaar met zijn skipak, ski’s en slee. Maar dat bedoelde ik niet. Ik heb namelijk een bloedhekel aan skiën, simpelweg omdat ik het niet kan en omdat het te ver rijden is.
Nee, ik had een heel ander idee, we zouden namelijk richting Stockholm vertrekken. Dus iedereen hier had al verbaasde gezichten. Wat gaan we dan doen in Stockholm?
Ik zei; “richting Stockholm”. Er was namelijk een ijssculptuur tentoonstelling in Zwolle (en ja, zoek maar op de kaart, vanuit Alblasserdam is dat echt richting Stockholm). Nu kan je uiteraard met de auto richting Zwolle, maar je kan het ook avontuurlijk maken. Namelijk met het openbaar vervoer!
Ik hoor het je al denken. ‘Je klaagt dat het lang rijden is naar de wintersport maar je durft wel met de trein naar Zwolle’. Agh, soms moet je een gokje wagen. Het leuke is dat als kinderen nog nooit met de trein zijn geweest ze heel onbevangen mee gaan en nog denken dat het leuk is. Wie ben ik dan om ze van dat idee af te helpen. Dat doen ze bij de NS zelf wel. Maar eerlijk is eerlijk. De heenreis verliep op rolletjes. We konden zitten, we haalden met gemak onze overstap, de treinen reden op tijd en in onze trein zat ook nog een toilet. Kortom, het zou een super geslaagde dag worden. Wat kon er nou nog misgaan…
Twee-en-een-half-uur-later (ja, zover is het naar Zwolle) kwamen we aan op het station, de tentoonstelling was naast het station, dus kat in het bakkie. Dat dachten wij en de rest van de mensen uit onze trein ook. En alle andere mensen vanuit alle andere treinen blijkbaar ook. Alleen dacht die meneer de zogenaamde beveiliger met crew-ijssculptuur-zwolle op zijn zwarte jasje en een wit snoertje naar zijn oor er iets anders over. Die riep vrolijk en duidelijk aan het begin van het pad “Mensen, keer maar om. De wachttijd is vanaf hier minimaal twee uur, kom een andere dag maar terug”, op de vraag of we het later nog eens konden proberen kwam het antwoord “rond half vijf wordt het rustiger”. Voor jouw informatie, het was half twaalf, en de tentoonstelling duurde tot vijf uur. Had ik ook al gezegd dat ik de entreekaartjes ook online al had gekocht?
Met een snelle rekensom, risicoanalyse en kansberekening over de terugreis gebruik makend van de NS gedeeld door het feit dat de heenreis zo goed was gegaan, was de keuze snel gemaakt. Daar gingen we dus niet aan beginnen. We zijn gewoon gezellig de binnenstad in gegaan, hebben de lokale economie ondersteund door wat te eten en hebben aandachtig gekeken naar het ijsklontje in onze frisdrank.
Hoe de terugreis is verlopen? Dan had ik drie pagina’s van de redactie moeten krijgen deze maand. Laat ik het zo zeggen. Als we volgend jaar op wintersport gaan zullen mijn kinderen niet klagen dat de reis vijftien uur duurt. Alhoewel het woord ijs hier ook niet goed meer valt de laatste tijd?
Geef een reactie